ARCADE #1
JESPER JUST: Continuous Monuments
14.07.2017 — 10.09.2017JESPER JUST: Continuous Monuments
ARCADE #1
JESPER JUST: Continuous Monuments
14.07.2017 — 10.09.2017JESPER JUST: Continuous Monuments
27.08.2017 — Villa Next Door
Bertus Pieters
Jesper Just, Continuous Monuments; West at Huis Huguetan, The Hague
Jesper Just, Continuous Monuments; West at Huis Huguetan, The Hague
Op de ingetogen lindelaan, de parkachtige allee van het Haagse Lange Voorhout, is deze zomer, ter hoogte van Huis Huguetan, een klein stelsel met muren van grijze cementblokken neergezet, die het normale zicht op het kleine Paleis Lange Voorhout ontneemt. In de zomermaanden biedt het schelpenpad, omgeven door de groene linden, een soort refugium dat de stedelijkheid van het Haagse centrum doorbreekt. Het kleine stelsel dat daar nu is neergezet, vormt een inleiding van wat er te zien is in Huis Huguetan, het fraaie stadspaleis waar West Den Haag een tijdelijk onderkomen gevonden heeft. De muren staan haaks op elkaar, maar niet haaks op de richting van de laan als om de blik van de wandelaar expres uit te dagen. Tegelijk staan de muren wel haaks op de rij façades van stadspaleizen en andere statige gebouwen, waar Huis Huguetan zich bevindt. Een muur met nissen wijst in de richting van de ingang van de galerie en vlak daarvóór staat nog een stukje muur. Wie een blik naar binnen werpt door de open deuren, ziet dat daar ook muren staan.
Wie vervolgens binnen in de galerie door de mureninstallatie loopt en voor langere tijd opgaat in de films die er te zien zijn en de geluiden die daarvan af komen, zal de muren buiten op het schelpenpad misschien toch vooral zien als een inleiding op het grotere binnengebeuren. Binnen de galerie gaat het vooral om de soms verpletterende grootsheid van muren en architectuur en de positie van de individuele mens daartegenover. Voor anderen, de wandelaars die niet naar binnen gaan, zal de mureninstallatie onder de linden juist de hoofdzaak zijn. Misschien is het voor sommigen een voorwerp van irritatie over de grijze betonblokken die het traditionele uitzicht zo ruw doorbreken. Voor anderen zal het een aanzet lijken tot een doolhof dat nieuwsgierigheid opwekt.
Het is beide waar. Het werk, gemaakt door Jesper Just (1974) als onderdeel van de tijdelijke installatie Continuous Monuments in en buiten Huis Huguetan, stoot af en trekt aan. Het is brutaal maar nodigt ook uit. Het is gemaakt van gewone, grijze, fantasieloze, rechte cementblokken, maar het heeft ook een vriendelijke, wat mysterieuze, zachte soort van humor. Aan de Huguetan-zijde heeft het bomen en een bankje in zich opgenomen. Er is voor die elementen een speciaal doorkijkje gemaakt in de muur met nissen, als om toch nog enige eer te bewijzen aan de richting van de laan, als om te zeggen: kijk dit is grijs, maar het is niet onvriendelijk. Aan die betrekkelijke vriendelijkheid draagt ook bij dat het werk gebaseerd is op de menselijke maat. Voor wie een doolhof verwacht, is het misschien net weer te klein, maar het is dan ook geen doolhof. Een van de wanden, de witte muur in het hart van de sculptuur (want dat is het eigenlijk in de eerste plaats), biedt ’s avonds ruimte aan een filmprojectie. Verder biedt het werk overdag verschillende doorkijkjes naar buiten, Buiten het bankje, de lantaarnpaal en de bomen die het werk in zich heeft opgenomen, heeft het zich ook de schelpen van het pad toegeëigend. Hier en daar zijn schelpenheuvels ontstaan, die de lindelaan plaatselijk ietsje ‘wilder’ maken. Het grijs van de cementblokken werkt ook als een soort schutkleur bij het schelpengrijs: de muren rijzen als het ware op uit het schelpengrijs en lijken daardoor, ondanks hun tijdelijkheid toch een onderdeel van de laan.
Wie zich midden in het werk bevindt kan een zekere geborgenheid voelen, maar het is verder zo open dat er geen idee van claustrofobie aan te pas komt. Het is zelfs maar de vraag wat de binnen- of buitenkant van het werk is. De muren die het meeste naar buiten steken geven het dwingendste de kijk- en looprichting aan maar bepalen niet wat binnen of buiten is. Het geheel lijkt eerder een plaats te markeren.
Het werk laat op die manier ook eenvoudig zien waartoe muren in staat zijn: zij omgeven, schermen af, dwingen blik en beweging, markeren. ’s Avonds omgeven zij een projectieruimte, maar ook overdag markeren zij die plek. Van architectuur wordt vaak overwogen dat die ruimte schept, maar in feite perkt ze de ruimte juist in en markeert die. Door muren, zo goed als door sculptuur – je kunt architectuur ook opvatten als een vorm van sculptuur – wordt ruimte een ‘plek’. Sommige ‘plekken’ worden symbolisch door de toepassing van architectuur of sculptuur. Zo is op het zelfde Lange Voorhout, aan het korte uiteinde bij de Lange Vijverberg, een monument neergezet voor Thorbecke, gemaakt door Thom Puckey, waardoor dat specifieke punt – los van de kwaliteiten van dat beeld – een grotere symbolische betekenis krijgt. De architectuur in dat gebied krijgt daardoor het idee van een decor. Het bouwsel van Just duidt geen historische of symbolische plek aan. Het schelpenpad heeft op die plek geen specifiekere betekenis dan op ieder ander punt. De aanleiding is eenvoudig: de tentoonstellingsruimte bevindt zich daar in de buurt. Niettemin heeft Just juist van die plek gebruik weten te maken. Hij maakt gebruik van het feit dat je nog steeds vanaf het uiteinde aan de Kneuterdijk een groot stuk de laan in kan kijken, zoals dat altijd al kon, maar nu met het idee dat er iets voor het paleisje aan het eind geschoven is. Vanaf het paleisje, aan het andere uiteinde van het schelpenpad, werken de grijze muren als een soort toegang tot de rest van de laan, én als een verwijzing naar de galerie. Met de haaksheid op de façade daarvan, en daarmee de niet-haaksheid op de laan zelf, maar ook door de kaalheid en het gebrek aan decoraties en kleur, wordt de plek extra benadrukt. Je zou kunnen zeggen dat de plek daarmee evengoed symbolisch is geworden, niet voor overpeinzingen over de grondslagen van de Nederlandse staat of iets dergelijks, maar symbolisch voor zichzelf. Tevens is het symbolisch voor wat zich in de binnenruimte van de galerie afspeelt.
Je zou het ook, in zijn tijdelijkheid als symbolisch kunnen zien voor de idee van het Museumkwartier waarvan het Lange Voorhout onderdeel moet worden. Het Museumkwartier, die naam doet niet iets levends vermoeden, eerder iets doods dat opgeslagen en uitgestald moet worden voor het nageslacht, en vooral voor toeristen. Het tijdelijke werk van Just werkt symbolisch voor hoe een museumkwartier óók zou kunnen werken of liever, zou moeten werken, met onverwachte ontmoetingen en onvermoede perspectieven; tijdelijke ingrepen die je vrij letterlijk laten zien waar je bent in de stad, op een bepaalde plek, op een bepaald uur van de dag, op een bepaald moment van de geschiedenis van jezelf, van de stad en van de wereld waarin je leeft. Het werk is ook symbool voor kunst die er niet alleen maar is om een beetje decoratief om je heen te hangen, kunst die niet alleen maar een tentoonstelling is waaraan je rustig voorbij kunt keuvelen alsof het winkeletalages zijn.
Wie vervolgens binnen in de galerie door de mureninstallatie loopt en voor langere tijd opgaat in de films die er te zien zijn en de geluiden die daarvan af komen, zal de muren buiten op het schelpenpad misschien toch vooral zien als een inleiding op het grotere binnengebeuren. Binnen de galerie gaat het vooral om de soms verpletterende grootsheid van muren en architectuur en de positie van de individuele mens daartegenover. Voor anderen, de wandelaars die niet naar binnen gaan, zal de mureninstallatie onder de linden juist de hoofdzaak zijn. Misschien is het voor sommigen een voorwerp van irritatie over de grijze betonblokken die het traditionele uitzicht zo ruw doorbreken. Voor anderen zal het een aanzet lijken tot een doolhof dat nieuwsgierigheid opwekt.
Het is beide waar. Het werk, gemaakt door Jesper Just (1974) als onderdeel van de tijdelijke installatie Continuous Monuments in en buiten Huis Huguetan, stoot af en trekt aan. Het is brutaal maar nodigt ook uit. Het is gemaakt van gewone, grijze, fantasieloze, rechte cementblokken, maar het heeft ook een vriendelijke, wat mysterieuze, zachte soort van humor. Aan de Huguetan-zijde heeft het bomen en een bankje in zich opgenomen. Er is voor die elementen een speciaal doorkijkje gemaakt in de muur met nissen, als om toch nog enige eer te bewijzen aan de richting van de laan, als om te zeggen: kijk dit is grijs, maar het is niet onvriendelijk. Aan die betrekkelijke vriendelijkheid draagt ook bij dat het werk gebaseerd is op de menselijke maat. Voor wie een doolhof verwacht, is het misschien net weer te klein, maar het is dan ook geen doolhof. Een van de wanden, de witte muur in het hart van de sculptuur (want dat is het eigenlijk in de eerste plaats), biedt ’s avonds ruimte aan een filmprojectie. Verder biedt het werk overdag verschillende doorkijkjes naar buiten, Buiten het bankje, de lantaarnpaal en de bomen die het werk in zich heeft opgenomen, heeft het zich ook de schelpen van het pad toegeëigend. Hier en daar zijn schelpenheuvels ontstaan, die de lindelaan plaatselijk ietsje ‘wilder’ maken. Het grijs van de cementblokken werkt ook als een soort schutkleur bij het schelpengrijs: de muren rijzen als het ware op uit het schelpengrijs en lijken daardoor, ondanks hun tijdelijkheid toch een onderdeel van de laan.
Wie zich midden in het werk bevindt kan een zekere geborgenheid voelen, maar het is verder zo open dat er geen idee van claustrofobie aan te pas komt. Het is zelfs maar de vraag wat de binnen- of buitenkant van het werk is. De muren die het meeste naar buiten steken geven het dwingendste de kijk- en looprichting aan maar bepalen niet wat binnen of buiten is. Het geheel lijkt eerder een plaats te markeren.
Het werk laat op die manier ook eenvoudig zien waartoe muren in staat zijn: zij omgeven, schermen af, dwingen blik en beweging, markeren. ’s Avonds omgeven zij een projectieruimte, maar ook overdag markeren zij die plek. Van architectuur wordt vaak overwogen dat die ruimte schept, maar in feite perkt ze de ruimte juist in en markeert die. Door muren, zo goed als door sculptuur – je kunt architectuur ook opvatten als een vorm van sculptuur – wordt ruimte een ‘plek’. Sommige ‘plekken’ worden symbolisch door de toepassing van architectuur of sculptuur. Zo is op het zelfde Lange Voorhout, aan het korte uiteinde bij de Lange Vijverberg, een monument neergezet voor Thorbecke, gemaakt door Thom Puckey, waardoor dat specifieke punt – los van de kwaliteiten van dat beeld – een grotere symbolische betekenis krijgt. De architectuur in dat gebied krijgt daardoor het idee van een decor. Het bouwsel van Just duidt geen historische of symbolische plek aan. Het schelpenpad heeft op die plek geen specifiekere betekenis dan op ieder ander punt. De aanleiding is eenvoudig: de tentoonstellingsruimte bevindt zich daar in de buurt. Niettemin heeft Just juist van die plek gebruik weten te maken. Hij maakt gebruik van het feit dat je nog steeds vanaf het uiteinde aan de Kneuterdijk een groot stuk de laan in kan kijken, zoals dat altijd al kon, maar nu met het idee dat er iets voor het paleisje aan het eind geschoven is. Vanaf het paleisje, aan het andere uiteinde van het schelpenpad, werken de grijze muren als een soort toegang tot de rest van de laan, én als een verwijzing naar de galerie. Met de haaksheid op de façade daarvan, en daarmee de niet-haaksheid op de laan zelf, maar ook door de kaalheid en het gebrek aan decoraties en kleur, wordt de plek extra benadrukt. Je zou kunnen zeggen dat de plek daarmee evengoed symbolisch is geworden, niet voor overpeinzingen over de grondslagen van de Nederlandse staat of iets dergelijks, maar symbolisch voor zichzelf. Tevens is het symbolisch voor wat zich in de binnenruimte van de galerie afspeelt.
Je zou het ook, in zijn tijdelijkheid als symbolisch kunnen zien voor de idee van het Museumkwartier waarvan het Lange Voorhout onderdeel moet worden. Het Museumkwartier, die naam doet niet iets levends vermoeden, eerder iets doods dat opgeslagen en uitgestald moet worden voor het nageslacht, en vooral voor toeristen. Het tijdelijke werk van Just werkt symbolisch voor hoe een museumkwartier óók zou kunnen werken of liever, zou moeten werken, met onverwachte ontmoetingen en onvermoede perspectieven; tijdelijke ingrepen die je vrij letterlijk laten zien waar je bent in de stad, op een bepaalde plek, op een bepaald uur van de dag, op een bepaald moment van de geschiedenis van jezelf, van de stad en van de wereld waarin je leeft. Het werk is ook symbool voor kunst die er niet alleen maar is om een beetje decoratief om je heen te hangen, kunst die niet alleen maar een tentoonstelling is waaraan je rustig voorbij kunt keuvelen alsof het winkeletalages zijn.
18.08.2017 — Den Haag FM
Eric Korsten
‘De Zaak Carmen’ en ‘Continuous Monument’ in Kunstlicht op Den Haag
‘De Zaak Carmen’ en ‘Continuous Monument’ in Kunstlicht op Den Haag
Het Lange Voorhout is uit het straatbeeld verdwenen, althans, de statige laan met lindenbomen, wanneer je er vanuit de richting van het station wilt inslaan. Een stapeling van grijze betonblokken is er opgeworpen te midden van een berg schelpen, als een barricade, een woekerend monument, en ontneemt het zicht op het klassieke schelpenpad. Invallend zonlicht maakt de ene muur witter dan de andere en nodigt de wandelaar uit om er toch tussendoor te lopen, langs of over de berg schelpen die, leer ik, afkomstig zijn van de Wadden (zoals alle schelpen op het Lange Voorhout, vanwege hun grijsblauwe gloed). Het monument staat hopeloos in de weg maar schikt zich zo tegelijk naar de omgeving, met een paar bomen, een lantaarnpaal en een stadsbankje soepel in het ontwerp opgenomen.
Binnen bij West, een presentatie-instelling die een tweede ruimte vond in Huis Huguetan, bouwde de kunstenaar verder. Een muur van blokken voert door de verschillende ruimtes langs oud en nieuw videowerk. Jesper Just is een Deen die in 2006 in het Stedelijk Museum CS exposeerde en in 2013 zijn land vertegenwoordigde op de Biënnale van Venetië. De film die hij daar vertoonde was een portret van een spookstad, een replica van een stukje Parijs midden in China. Als de wind uit een bepaalde hoek de straten in waait klinkt er gefluit, geproduceerd door lege flesjes die anonieme handen er bij de bouw in de muren metselden. Ook op het Lange Voorhout steekt ergens een flesje uit een muur.
Het zijn steeds gebouwen die spreken in het werk van Just, al dan niet op voorspraak van een bewoner of passant. In West ontmoeten we onder meer een wolkenkrabber, met een huid van spiegelend glas die de drukke stad om hem heen weerkaatst. Doodstil en schijnbaar onbenaderbaar, maar een meisje met een steen in haar hand struint langs de façade en tikt tegen het glas, als om te zien of er iemand thuis is. De film Llano speelt zich af in de woestijn, in de stromende regen onder een blauwe lucht. Llano del Rio was honderd jaar geleden een commune in de woestijn van California, een kolonie gebouwd naar het ideaal van een gedesillusioneerde politicus. De mensen die met hem naar de woestijn verhuisden moesten er na een aantal jaar weer weg, uit watergebrek. Onder een douche van regen, uitgestort door een regenmachine, stapelt een vrouw in de film van Just de brokstukken van dat ideaal op.
In zijn nieuwste werk glijdt de camera langs een muur van stalen buizen, de grens tussen de VS en Mexico. Het is een sadistisch ontwerp: je ziet het land aan de andere kant liggen maar alleen je armen passen door de ruimtes tussen de bruine buizen door, anoniem materiaal dat je tot in het oneindige door zou kunnen trekken. Kim Gordon, van Sonic Youth, slaat er, gekleed in een tutu, met een stok tegenaan. Overal is muziek uit te halen.
Binnen bij West, een presentatie-instelling die een tweede ruimte vond in Huis Huguetan, bouwde de kunstenaar verder. Een muur van blokken voert door de verschillende ruimtes langs oud en nieuw videowerk. Jesper Just is een Deen die in 2006 in het Stedelijk Museum CS exposeerde en in 2013 zijn land vertegenwoordigde op de Biënnale van Venetië. De film die hij daar vertoonde was een portret van een spookstad, een replica van een stukje Parijs midden in China. Als de wind uit een bepaalde hoek de straten in waait klinkt er gefluit, geproduceerd door lege flesjes die anonieme handen er bij de bouw in de muren metselden. Ook op het Lange Voorhout steekt ergens een flesje uit een muur.
Het zijn steeds gebouwen die spreken in het werk van Just, al dan niet op voorspraak van een bewoner of passant. In West ontmoeten we onder meer een wolkenkrabber, met een huid van spiegelend glas die de drukke stad om hem heen weerkaatst. Doodstil en schijnbaar onbenaderbaar, maar een meisje met een steen in haar hand struint langs de façade en tikt tegen het glas, als om te zien of er iemand thuis is. De film Llano speelt zich af in de woestijn, in de stromende regen onder een blauwe lucht. Llano del Rio was honderd jaar geleden een commune in de woestijn van California, een kolonie gebouwd naar het ideaal van een gedesillusioneerde politicus. De mensen die met hem naar de woestijn verhuisden moesten er na een aantal jaar weer weg, uit watergebrek. Onder een douche van regen, uitgestort door een regenmachine, stapelt een vrouw in de film van Just de brokstukken van dat ideaal op.
In zijn nieuwste werk glijdt de camera langs een muur van stalen buizen, de grens tussen de VS en Mexico. Het is een sadistisch ontwerp: je ziet het land aan de andere kant liggen maar alleen je armen passen door de ruimtes tussen de bruine buizen door, anoniem materiaal dat je tot in het oneindige door zou kunnen trekken. Kim Gordon, van Sonic Youth, slaat er, gekleed in een tutu, met een stok tegenaan. Overal is muziek uit te halen.
De Berlijnse was een van de vreemdste. Die ging ook dwars door huizen heen, net als de muren die Jesper Just op het Haagse Voorhout in het Huis Huguetan bouwde.
Gemaakt van rechthoekige bouwblokken die de weg zijn kwijtgeraakt. En nu muurtjes vormen die schijnbaar lukraak de 18de-eeuwse vertrekken van dit stadpaleis doorkruisen.
Muren zijn bij Jesper Just geen strikte scheidingen als de Israëlische muur of de Mexicaanse van Donald Trump.
Er draaien filmloops daarbinnen. Langs de droom van Trump wentelt zich de danseres Kim Gordon. In tutu, terwijl ze met een stok tegen de spijlen van dit nieuwe ijzeren gordijn tikt, zodat het muziek maakt.
Muren zijn bij Just een eigen leven gaan leiden. Zoals die van het One World Trade Center in New York dat op de plaats van Twin Towers kwam. In zon glanzend staal, marmer en glas. En een klein meisje dat er almaar omheen loopt en zeer hoorbaar probeert er met een steentje in te krassen. maar het gebouw geeft geen krimp.
Mens tegen muur. Volgens de ideeën van de Finse architect Pallasmaa zou een gebouw niet louter visueel moeten zijn, maar moeten spelen met alle zintuigen. Vandaar de nadrukkelijke geluiden in de verder stille filmpjes van Just.
Het mooiste van de voorstelling is de manier waarop zijn betonnen bouwsels het 18e-eeuwse bouwwerk penetreren.
Het blijkt dat ze er allebei baat bij hebben, alsof het Huis Huguetan als een dame uit de pruikentijd het wel aangenaam vindt te grazen te worden genomen door een stel bouwvakkers van nu, met een kunstenaar als voorman.
Gemaakt van rechthoekige bouwblokken die de weg zijn kwijtgeraakt. En nu muurtjes vormen die schijnbaar lukraak de 18de-eeuwse vertrekken van dit stadpaleis doorkruisen.
Muren zijn bij Jesper Just geen strikte scheidingen als de Israëlische muur of de Mexicaanse van Donald Trump.
Er draaien filmloops daarbinnen. Langs de droom van Trump wentelt zich de danseres Kim Gordon. In tutu, terwijl ze met een stok tegen de spijlen van dit nieuwe ijzeren gordijn tikt, zodat het muziek maakt.
Muren zijn bij Just een eigen leven gaan leiden. Zoals die van het One World Trade Center in New York dat op de plaats van Twin Towers kwam. In zon glanzend staal, marmer en glas. En een klein meisje dat er almaar omheen loopt en zeer hoorbaar probeert er met een steentje in te krassen. maar het gebouw geeft geen krimp.
Mens tegen muur. Volgens de ideeën van de Finse architect Pallasmaa zou een gebouw niet louter visueel moeten zijn, maar moeten spelen met alle zintuigen. Vandaar de nadrukkelijke geluiden in de verder stille filmpjes van Just.
Het mooiste van de voorstelling is de manier waarop zijn betonnen bouwsels het 18e-eeuwse bouwwerk penetreren.
Het blijkt dat ze er allebei baat bij hebben, alsof het Huis Huguetan als een dame uit de pruikentijd het wel aangenaam vindt te grazen te worden genomen door een stel bouwvakkers van nu, met een kunstenaar als voorman.
02.08.2017 — NRC online
Sandra Smallenburg
In films Jesper Just schoppen baldadige meisjes tegen symbolen van macht
In films Jesper Just schoppen baldadige meisjes tegen symbolen van macht
De Deense kunstenaar Jesper Just toont in het voormalige gebouw van de Hoge Raad in Den Haag vijf films. Vrouwen spelen in zijn werk de hoofdrol, ze gaan de strijd aan tegen masculiene symbolen van macht.
Als een specht in een bos vol woudreuzen tikt een jong meisje met een steentje tegen een glazen pui – ritmisch, onafgebroken. Pas als de camera uitzoomt, zien we dat die ruit behoort tot het nieuwe One World Trade Center in New York, de wolkenkrabber die de ingestorte Twin Towers heeft vervangen. Het lijkt een kleine daad van verzet, dit getik van het tienermeisje tegen die grote structuur van staal en glas – een strijd van David tegen Goliat. Maar mooi dat ze er na enkele minuten wel een minuscuul deukje in heeft geslagen.
In de films van de Deense kunstenaar Jesper Just (1974) draait het vaak om dat contrast tussen de nietige eenling en grootschalige bouwwerken, tussen kleine meisjes en masculiene symbolen van macht. In vier van de vijf films op zijn tentoonstelling Continuous Monuments in de Haagse kunstinstelling West spelen vrouwen de hoofdrol. En steeds gaan die dames, jong en oud, dik en dun, dapper de strijd aan met hun omgeving.
West, dat sinds vorige zomer is neergestreken in Huis Huguetan, het voormalige gebouw van de Hoge Raad, nodigde Just uit om zowel binnen als buiten de ruimte naar zijn hand te zetten. Voor de deur, onder de lindenbomen van het Lange Voorhout, bouwde hij een ruïne-achtige krottenwijk van betonblokken. Die architectonische structuur zet zich binnen voort en vormt daar een mooi contrast met de barokke stucplafonds en kroonluchters.
De selectie van Justs recente films maakte curator Nina Folkersma op basis van hun soundtracks. Behalve het geluid van steen op glas (Servitudes, 2015) klinkt ook het geluid van hout op staal door de ruimtes. Het is afkomstig van Justs prachtige nieuwe werk Interpassivities (2017), een filminstallatie op drie schermen die hij dit jaar maakte in het grensgebied van Mexico en Californië. Hier staat de grote droom van Donald Trump: een ijzeren gordijn gemaakt van stevige stalen bielzen waar net geen mens doorheen past, maar dat wel treiterig zicht biedt op het beloofde land.
Een meisje in paarse tutu en witte maillot loopt langs het hek en tikt tegen de spijlen, soms lieflijk als een kind, dan weer baldadig en vol agressie. Het is alsof ze zich het immense bouwwerk toe-eigent, door het als een muziekinstrument te bespelen. Wanneer de camera inzoomt op haar gezicht, zien we dat het meisje allang een volwassen vrouw is: de 64-jarige Sonic Youth-bassiste Kim Gordon.
Vanuit de aangrenzende kamer horen we intussen de tonen van een basloopje. Daar zien we ook weer de façade van het One World Trade Center, ditmaal in de avondschemering. Terwijl de camera een uur lang extreem traag inzoomt op het gebouw, sluiten werknemers hun computers af en gaan naar huis. Maar achter één raam blijft de bedrijvigheid: daar zit een meisje in haar eentje haar basloopjes te oefenen.
Zo lopen de films en hun soundtracks in deze zorgvuldig gecomponeerde tentoonstelling steeds mooi in elkaar over. Als bezoeker heb je de neiging het parcours steeds opnieuw rond te willen lopen, om te checken wat de vrouwen nu weer aan het uitspoken zijn. Zo weet Jesper Just ons allemaal te vangen in zijn loops.
Als een specht in een bos vol woudreuzen tikt een jong meisje met een steentje tegen een glazen pui – ritmisch, onafgebroken. Pas als de camera uitzoomt, zien we dat die ruit behoort tot het nieuwe One World Trade Center in New York, de wolkenkrabber die de ingestorte Twin Towers heeft vervangen. Het lijkt een kleine daad van verzet, dit getik van het tienermeisje tegen die grote structuur van staal en glas – een strijd van David tegen Goliat. Maar mooi dat ze er na enkele minuten wel een minuscuul deukje in heeft geslagen.
In de films van de Deense kunstenaar Jesper Just (1974) draait het vaak om dat contrast tussen de nietige eenling en grootschalige bouwwerken, tussen kleine meisjes en masculiene symbolen van macht. In vier van de vijf films op zijn tentoonstelling Continuous Monuments in de Haagse kunstinstelling West spelen vrouwen de hoofdrol. En steeds gaan die dames, jong en oud, dik en dun, dapper de strijd aan met hun omgeving.
West, dat sinds vorige zomer is neergestreken in Huis Huguetan, het voormalige gebouw van de Hoge Raad, nodigde Just uit om zowel binnen als buiten de ruimte naar zijn hand te zetten. Voor de deur, onder de lindenbomen van het Lange Voorhout, bouwde hij een ruïne-achtige krottenwijk van betonblokken. Die architectonische structuur zet zich binnen voort en vormt daar een mooi contrast met de barokke stucplafonds en kroonluchters.
De selectie van Justs recente films maakte curator Nina Folkersma op basis van hun soundtracks. Behalve het geluid van steen op glas (Servitudes, 2015) klinkt ook het geluid van hout op staal door de ruimtes. Het is afkomstig van Justs prachtige nieuwe werk Interpassivities (2017), een filminstallatie op drie schermen die hij dit jaar maakte in het grensgebied van Mexico en Californië. Hier staat de grote droom van Donald Trump: een ijzeren gordijn gemaakt van stevige stalen bielzen waar net geen mens doorheen past, maar dat wel treiterig zicht biedt op het beloofde land.
Een meisje in paarse tutu en witte maillot loopt langs het hek en tikt tegen de spijlen, soms lieflijk als een kind, dan weer baldadig en vol agressie. Het is alsof ze zich het immense bouwwerk toe-eigent, door het als een muziekinstrument te bespelen. Wanneer de camera inzoomt op haar gezicht, zien we dat het meisje allang een volwassen vrouw is: de 64-jarige Sonic Youth-bassiste Kim Gordon.
Vanuit de aangrenzende kamer horen we intussen de tonen van een basloopje. Daar zien we ook weer de façade van het One World Trade Center, ditmaal in de avondschemering. Terwijl de camera een uur lang extreem traag inzoomt op het gebouw, sluiten werknemers hun computers af en gaan naar huis. Maar achter één raam blijft de bedrijvigheid: daar zit een meisje in haar eentje haar basloopjes te oefenen.
Zo lopen de films en hun soundtracks in deze zorgvuldig gecomponeerde tentoonstelling steeds mooi in elkaar over. Als bezoeker heb je de neiging het parcours steeds opnieuw rond te willen lopen, om te checken wat de vrouwen nu weer aan het uitspoken zijn. Zo weet Jesper Just ons allemaal te vangen in zijn loops.
Midden op het Lange Voorhout in Den Haag staat een vreemde gewaarwording: een constellatie van betonblokken met daaromheen hopen schelpengrind. Het is een installatie of interventie van Deense kunstenaar Jesper Just, die door West is uitgenodigd om het Lange Voorhout en Huis Huguetan een hoofdrol te laten spelen in de presentatie van zijn werk. Het is de eerste presentatie in een reeks nieuwe ambitieuze kunstprojecten in de openbare ruimte op het Lange Voorhout, genaamd ‘Arcade’. Just is de eerste in deze serie, die het gat vult dat door de Haagse beeldenroute is achtergelaten. Geïnspireerd door het Italiaanse architectencollectief Superstudio uit de jaren 1960 en 1970 wordt de zwervende bezoeker in Continuous Monuments door middel van betonnen structuren door de ruimte geleid. Het resultaat is een poëtische synthese van het koele, kale beton en de verfraaiingen van de locatie.
Curator Nina Folkersma legt uit dat de titel van de tentoonstelling Continuous Monuments werd ontleend aan een serie ontwerpen uit 1969 van Superstudio. Toen de opkomst van de stalen en betonnen huizenblokken in de jaren 1960 de architectuur begon te domineren, reageerde Superstudio met enorme monolithische, utopische megastructuren die zich over de aarde en zelfs in de ruimte zouden uitspreiden. Via een rastermotief of “superstructuur” probeerde het collectief hoop uit te dragen voor de toekomst. Het raster is de visualisering van het netwerk van energie en informatie dat onze zwerftocht over de planeet verbindt.
Dit ‘rastermotief’ van Superstudio komt terug in de expositie, allereerst in de installatie op het Lange Voorhout. Ondanks de kale constellaties heeft de installatie iets organisch; het grijs van de schelpen en het beton rijmen poëtisch. Kleine verhogingen van schelpengrind worden verderop steeds groter en ondersteunen muren en structuren van cellenbeton, overigens ook gemaakt van samengeperste schelpen. De muren en structuren zijn geplaatst in verschillende lijnen en onderbreken daardoor de zichtlijnen van het Lange Voorhout; het nodigt uit om erdoorheen te lopen.
Just creëert een ruimte waar je fysiek en mentaal kan zwerven, als een soort meditatie, waar het lichaam zich door de ruimte zwervend beweegt en de geest rust vindt in de grijs monotone ruimte, en waar een relatie met de architecturale vormen kan worden aangegaan. Zelfs het schelpenpad vertraagt de pas en het gekraak verscherpt de zintuigen. Ook de bomen, bankjes en lantaarnpalen verzamelen om zich heen een bergje van grijze schelpen, opgenomen in de installatie. Het is een spannend werk in reactie op de omgeving, waar wordt gebouwd, waar de markante ambassades en herenhuizen zijn gevestigd met glimmende deurknoppen en luxueus elan. In het midden van de installatie zijn er mogelijkheden om verschillende kanten uit te gaan; gemetselde blokken sturen en leiden de zwervende bezoeker de weg.
Het is al snel duidelijk dat de tentoonstelling verder gaat in Huis Huguetan waar uit het portiek een muur van beton op de trap is geplaatst. Eenmaal binnen wordt de muur doorgetrokken door de gehele ruimte en leidt de bezoeker in een cirkel door het huis waar vijf oude en nieuwe videowerken worden getoond. De eerste video die de bezoeker tegenkomt is Llano uit 2012, waar een vrouw stenen stapelt op een oude ruïne van een communistische commune in de woestijn van Californië, die niet kon blijven voortbestaan door een tekort aan water. In de stromende regen, Hollywood nep-regen weliswaar, probeert de vrouw de commune weer te herstellen, terwijl datgene wat de redding van de commune zou zijn, het nu vernietigd. De verspilde energie van de vrouw geeft de suggestie van existentiële zingeving.
In In the Shadow / of a Spectacle / is the View / of the Crowd, wordt gedurende een uur langzaam ingezoomd op een verdieping van het One World Trade Center waar een jonge vrouw basgitaar speelt. Het enige geluid in de film komt dan ook direct van het gitaarspel en is de enige vorm van communicatie. In de grootste ruimte van Huis Huguetan wordt Just’s nieuwe werk Interpassivities uit 2017 op drie betonnen bouwwerken geprojecteerd. De video toont de grens van Mexico met Californië, een ijzeren gordijn, waar voormalig bassist van Sonic Youth Kim Gordon in tutu met een stok op de spijlen slaat. De film was onderdeel van een audiovisuele ballet-performance die Just met Gordon en de balletgroep Corpus in Denemarken ontwikkelde. Brede en monumentale shots tonen de relatie tussen natuur en architectuur en plaatsen een menselijke, nee vrouwelijke, noot ertussen. Er is geen dialoog, geen narratief, kenmerkend voor Just’s video’s. Wel klinkt de bas van de video in de ruimte daarvoor en maakt een toepasselijke verbinding met Interpassivities met Kim Gordon in de hoofdrol. De diepe klanken geven de beelden van Trump’s ‘muur’ een duistere en sombere glans, terwijl de romantische wandschilderingen over de betonnen muren meekijken. Belangrijk in zijn werk zijn dan ook de elementen die met elkaar in verbinding staan, zoals ruimte, geluid en het visuele, op dezelfde manier zoals de verschillende elementen in de expositie met elkaar in verbinding staan.
In de ruimte naast Interpassivities staat een nog poëtischere installatie waarbij de kroonluchter van de kamer wordt gekanteld door een kolom. Uit de kolom wordt een video van bewegend zand in close-up geprojecteerd door de kristallen van de kroonluchter heen, waardoor de kleuren van de video worden onderbroken door het kristal en patronen op het plafond worden geprojecteerd. Alleen een klein gedeelte van de film is tussen de hangers van de lamp te zien. Het is dezelfde video die Just maakte voor de buiteninstallatie en ter plekke in Huis Huguetan is opgenomen.
Vervolgens leiden de betonnen muren naar een van de mooiste kamers van het Huis, waar geen video te zien is, maar waar het beton een dialoog aangaat met de kleuren en ornamenten in de kamer. De klodders cement tussen de blokken resoneren in de ornamenten in de kamer, het cement is feitelijk het ornament van de blokken en de grijze beton kleur komt terug op de muren. Een interessante compositie die verassend goed samengaat.
De video in de laatste kamer heeft wederom het One World Trade Center in de hoofdrol, maar dit keer in relatie tot een jong meisje, die met haar onvolgroeide, afwijkende vingers teder een steentje vastpakt en plagerig op de ruit van het gebouw tikt. Net als in de andere video’s draait het om de mannelijkheid van de architectuur versus de vrouwelijkheid van het lichaam, het monumentale versus het kleine, het poëtische. Het poëtische en vrouwelijke protest tegen de monolithische mannelijke structuren van de architectuur.
Deze machtsstrijd is dan ook een van de vele lagen van continuïteit die in de tentoonstelling te vinden is. Daarnaast is de indeling letterlijk een cirkel, een loop, die buiten op het scherm doorgaat wanneer de tentoonstelling is gesloten. Maar ook het materiaal zelf is een continuïteit van schelpen en beton; hetzelfde materiaal, maar in een andere vorm. Wat alle videowerken gemeenschappelijk hebben is het feit dat er geen soundtrack is, maar dat de soundtrack van de acties in de video’s zelf komen; ze lopen in elkaar over, zoals in het geval van de bas. Op deze manier is de loop van de tentoonstelling een continuerende loop; een loop in een loop in een loop en ga zo maar door.
West vroeg Just om zijn werk te tonen en daagde hem uit om iets in de buitenruimte te doen. Het resultaat is een nieuw werk, in de zin van een nieuwe architecturale installatie, dat nu meer dan tevoren een grote rol inneemt binnen zijn werk, maar ook nieuw werk door middel van de nieuwe samenstelling van video’s. Later in het jaar exposeert Just in filmmuseum Eye in Amsterdam, maar meer in de rol als videokunstenaar. Bij West heeft Just de uitdaging aangegrepen om een nieuwe stap in zijn oeuvre te maken en de rol van architectuur verder te onderzoeken en uit te breiden. Wat op het eerste gezicht lijkt op een tegenstelling: het koude beton versus de statigheid van de herenhuizen (en Huis Huguetan in het bijzonder) wordt een synthese van ornamenten en luxe met het kille beton; het 19e eeuwse met het moderne. Net als Superstudio beoogde, wordt het samen één: een democratisering. Just geeft richting aan het zwerven van de bezoeker in de vorm van continuïteit, een loop, als een verbinding tussen ‘energie en informatie’. Prachtig dat een Haagse kunstinstelling als West de ruimte biedt voor internationaal gevierd kunstenaar om hem uit te dagen en een podium te bieden voor een nieuwe stap in zijn werk, om zijn ambitie werkelijkheid te maken.
Curator Nina Folkersma legt uit dat de titel van de tentoonstelling Continuous Monuments werd ontleend aan een serie ontwerpen uit 1969 van Superstudio. Toen de opkomst van de stalen en betonnen huizenblokken in de jaren 1960 de architectuur begon te domineren, reageerde Superstudio met enorme monolithische, utopische megastructuren die zich over de aarde en zelfs in de ruimte zouden uitspreiden. Via een rastermotief of “superstructuur” probeerde het collectief hoop uit te dragen voor de toekomst. Het raster is de visualisering van het netwerk van energie en informatie dat onze zwerftocht over de planeet verbindt.
Dit ‘rastermotief’ van Superstudio komt terug in de expositie, allereerst in de installatie op het Lange Voorhout. Ondanks de kale constellaties heeft de installatie iets organisch; het grijs van de schelpen en het beton rijmen poëtisch. Kleine verhogingen van schelpengrind worden verderop steeds groter en ondersteunen muren en structuren van cellenbeton, overigens ook gemaakt van samengeperste schelpen. De muren en structuren zijn geplaatst in verschillende lijnen en onderbreken daardoor de zichtlijnen van het Lange Voorhout; het nodigt uit om erdoorheen te lopen.
Just creëert een ruimte waar je fysiek en mentaal kan zwerven, als een soort meditatie, waar het lichaam zich door de ruimte zwervend beweegt en de geest rust vindt in de grijs monotone ruimte, en waar een relatie met de architecturale vormen kan worden aangegaan. Zelfs het schelpenpad vertraagt de pas en het gekraak verscherpt de zintuigen. Ook de bomen, bankjes en lantaarnpalen verzamelen om zich heen een bergje van grijze schelpen, opgenomen in de installatie. Het is een spannend werk in reactie op de omgeving, waar wordt gebouwd, waar de markante ambassades en herenhuizen zijn gevestigd met glimmende deurknoppen en luxueus elan. In het midden van de installatie zijn er mogelijkheden om verschillende kanten uit te gaan; gemetselde blokken sturen en leiden de zwervende bezoeker de weg.
Het is al snel duidelijk dat de tentoonstelling verder gaat in Huis Huguetan waar uit het portiek een muur van beton op de trap is geplaatst. Eenmaal binnen wordt de muur doorgetrokken door de gehele ruimte en leidt de bezoeker in een cirkel door het huis waar vijf oude en nieuwe videowerken worden getoond. De eerste video die de bezoeker tegenkomt is Llano uit 2012, waar een vrouw stenen stapelt op een oude ruïne van een communistische commune in de woestijn van Californië, die niet kon blijven voortbestaan door een tekort aan water. In de stromende regen, Hollywood nep-regen weliswaar, probeert de vrouw de commune weer te herstellen, terwijl datgene wat de redding van de commune zou zijn, het nu vernietigd. De verspilde energie van de vrouw geeft de suggestie van existentiële zingeving.
In In the Shadow / of a Spectacle / is the View / of the Crowd, wordt gedurende een uur langzaam ingezoomd op een verdieping van het One World Trade Center waar een jonge vrouw basgitaar speelt. Het enige geluid in de film komt dan ook direct van het gitaarspel en is de enige vorm van communicatie. In de grootste ruimte van Huis Huguetan wordt Just’s nieuwe werk Interpassivities uit 2017 op drie betonnen bouwwerken geprojecteerd. De video toont de grens van Mexico met Californië, een ijzeren gordijn, waar voormalig bassist van Sonic Youth Kim Gordon in tutu met een stok op de spijlen slaat. De film was onderdeel van een audiovisuele ballet-performance die Just met Gordon en de balletgroep Corpus in Denemarken ontwikkelde. Brede en monumentale shots tonen de relatie tussen natuur en architectuur en plaatsen een menselijke, nee vrouwelijke, noot ertussen. Er is geen dialoog, geen narratief, kenmerkend voor Just’s video’s. Wel klinkt de bas van de video in de ruimte daarvoor en maakt een toepasselijke verbinding met Interpassivities met Kim Gordon in de hoofdrol. De diepe klanken geven de beelden van Trump’s ‘muur’ een duistere en sombere glans, terwijl de romantische wandschilderingen over de betonnen muren meekijken. Belangrijk in zijn werk zijn dan ook de elementen die met elkaar in verbinding staan, zoals ruimte, geluid en het visuele, op dezelfde manier zoals de verschillende elementen in de expositie met elkaar in verbinding staan.
In de ruimte naast Interpassivities staat een nog poëtischere installatie waarbij de kroonluchter van de kamer wordt gekanteld door een kolom. Uit de kolom wordt een video van bewegend zand in close-up geprojecteerd door de kristallen van de kroonluchter heen, waardoor de kleuren van de video worden onderbroken door het kristal en patronen op het plafond worden geprojecteerd. Alleen een klein gedeelte van de film is tussen de hangers van de lamp te zien. Het is dezelfde video die Just maakte voor de buiteninstallatie en ter plekke in Huis Huguetan is opgenomen.
Vervolgens leiden de betonnen muren naar een van de mooiste kamers van het Huis, waar geen video te zien is, maar waar het beton een dialoog aangaat met de kleuren en ornamenten in de kamer. De klodders cement tussen de blokken resoneren in de ornamenten in de kamer, het cement is feitelijk het ornament van de blokken en de grijze beton kleur komt terug op de muren. Een interessante compositie die verassend goed samengaat.
De video in de laatste kamer heeft wederom het One World Trade Center in de hoofdrol, maar dit keer in relatie tot een jong meisje, die met haar onvolgroeide, afwijkende vingers teder een steentje vastpakt en plagerig op de ruit van het gebouw tikt. Net als in de andere video’s draait het om de mannelijkheid van de architectuur versus de vrouwelijkheid van het lichaam, het monumentale versus het kleine, het poëtische. Het poëtische en vrouwelijke protest tegen de monolithische mannelijke structuren van de architectuur.
Deze machtsstrijd is dan ook een van de vele lagen van continuïteit die in de tentoonstelling te vinden is. Daarnaast is de indeling letterlijk een cirkel, een loop, die buiten op het scherm doorgaat wanneer de tentoonstelling is gesloten. Maar ook het materiaal zelf is een continuïteit van schelpen en beton; hetzelfde materiaal, maar in een andere vorm. Wat alle videowerken gemeenschappelijk hebben is het feit dat er geen soundtrack is, maar dat de soundtrack van de acties in de video’s zelf komen; ze lopen in elkaar over, zoals in het geval van de bas. Op deze manier is de loop van de tentoonstelling een continuerende loop; een loop in een loop in een loop en ga zo maar door.
West vroeg Just om zijn werk te tonen en daagde hem uit om iets in de buitenruimte te doen. Het resultaat is een nieuw werk, in de zin van een nieuwe architecturale installatie, dat nu meer dan tevoren een grote rol inneemt binnen zijn werk, maar ook nieuw werk door middel van de nieuwe samenstelling van video’s. Later in het jaar exposeert Just in filmmuseum Eye in Amsterdam, maar meer in de rol als videokunstenaar. Bij West heeft Just de uitdaging aangegrepen om een nieuwe stap in zijn oeuvre te maken en de rol van architectuur verder te onderzoeken en uit te breiden. Wat op het eerste gezicht lijkt op een tegenstelling: het koude beton versus de statigheid van de herenhuizen (en Huis Huguetan in het bijzonder) wordt een synthese van ornamenten en luxe met het kille beton; het 19e eeuwse met het moderne. Net als Superstudio beoogde, wordt het samen één: een democratisering. Just geeft richting aan het zwerven van de bezoeker in de vorm van continuïteit, een loop, als een verbinding tussen ‘energie en informatie’. Prachtig dat een Haagse kunstinstelling als West de ruimte biedt voor internationaal gevierd kunstenaar om hem uit te dagen en een podium te bieden voor een nieuwe stap in zijn werk, om zijn ambitie werkelijkheid te maken.
Deze zomer start West met een nieuwe, ambitieuze serie kunst in de openbare ruimte op het Lange Voorhout in Den Haag, onder de titel 'Arcade'. Hiermee geeft West op eigenzinnige wijze een vervolg aan de traditionele beeldenroute op de 'Lange Lindelaan'.
Den Haag - Als eerste in de Arcade-serie is kunstenaar Jesper Just (Denemarken, 1974) uitgenodigd. Zijn werk is nog tot en met 27 augustus te zien. De in New York woonachtige Deense kunstenaar heeft de afgelopen jaren internationaal furore gemaakt in de kunstwereld. Zijn films, installaties, architecturale ingrepen en live performances zijn onder meer te zien geweest op de Biënnale van Venetië, in Palais de Tokyo in Parijs en op Times Square in New York. Na lange tijd zal het werk van Jesper Just voor het eerst weer in Nederland te zien zijn.
En wel op twee plekken: deze zomer met een grootschalige, experimentele presentatie in West Den Haag, georganiseerd in samenwerking met gastcurator Nina Folkersma, en vanaf half december met een solotentoonstelling in EYE Filmmuseum in Amsterdam.
'De locatie is altijd een vertrekpunt in mijn werk en altijd een belangrijke hoofdrolspeler.' Met deze uitspraak in gedachten laat Jesper Just het stadspaleis 'Huis Huguetan' op de Lange Voorhout een hoofdrol spelen in zijn presentatie.
Den Haag - Als eerste in de Arcade-serie is kunstenaar Jesper Just (Denemarken, 1974) uitgenodigd. Zijn werk is nog tot en met 27 augustus te zien. De in New York woonachtige Deense kunstenaar heeft de afgelopen jaren internationaal furore gemaakt in de kunstwereld. Zijn films, installaties, architecturale ingrepen en live performances zijn onder meer te zien geweest op de Biënnale van Venetië, in Palais de Tokyo in Parijs en op Times Square in New York. Na lange tijd zal het werk van Jesper Just voor het eerst weer in Nederland te zien zijn.
En wel op twee plekken: deze zomer met een grootschalige, experimentele presentatie in West Den Haag, georganiseerd in samenwerking met gastcurator Nina Folkersma, en vanaf half december met een solotentoonstelling in EYE Filmmuseum in Amsterdam.
'De locatie is altijd een vertrekpunt in mijn werk en altijd een belangrijke hoofdrolspeler.' Met deze uitspraak in gedachten laat Jesper Just het stadspaleis 'Huis Huguetan' op de Lange Voorhout een hoofdrol spelen in zijn presentatie.
Dat WEST in Den haag een ambitieus platform is weten we. Het in gebruik nemen van Huis Huguetan aan het Lange Voorhout is een drastische stap voorwaarts in hun mogelijkheden. Mede naar aanleiding van het af stemmen van de beeldententoonstelling aan het Voorhout breidt WEST deze zomer ook uit naar het schelpenpad tussen de statige lindebomen en creëert zo een verbinding met de expositieruimte. Het maakt deel uit van een serie monumentale installaties die WEST in de publieke ruimte op het Lange Voorhout wil gaan presenteren onder de naam Arcade. Voor deze gelegenheid, Arcade#1, werd de Deense kunstenaar Jesper Just door curator Nina Folkertsma uitgenodigd. Hij heeft een fantastische band weten te bewerkstelligen tussen de buitenruimte en de binnenruimte. Waar recent nog de performances van P.S. plaats vonden lijkt nu uit de schelpen een architectonische structuur te zijn opgerezen die prachtig aansluit op de functie van het Voorhout en die zelfs intensiveert: het is een plek om heerlijk rond te lummelen. De gebouwde architectuur vraagt daar ook om, om erin te lopen en er om heen te gaan om te zien wat er nu eigenlijk gebeurt en de geest te laten zweven. De kunstenaar is beïnvloed door het Italiaanse architectencollectief Superstudio die in hun ontwerpen het idee van zwerven in letterlijke en overdrachtelijke zin centraal stelde en dat is precies wat hier wordt mogelijk gemaakt. Om in de woorden van Walt Whitman te spreken:”To loaf and invite my soul”!
Die structuur wordt doorgetrokken naar en in het Huis Huguetan waarin een aantal werken van Just te zien en te horen zijn. De kunstenaar is bekend geworden met video’s waarin hij gender-stereotypen doorbreekt, eerst die van mannen en recent die van vrouwen. Als we het gebouw betreden, langs een betonnen muur die bij de installatie hoort, klinkt allerlei geluid. Dat is het leidend principe volgens welke de video’s zijn uitgekozen.
De eerste video is Llano (vlakte) waarin constant regen lijkt te vallen. Toch klopt het niet, want af en toe zien we beelden van een soort woestijnvegetatie. Centraal staan de resten van een gebouw, waarin een vrouw zeiknat rondloopt en de afbrokkelende stenen terug plaatst. Een Sisyphus-arbeid, alles valt gewoon weer terug. Later blijkt de regen kunstmatig en locaal: het is een apparaat wat wordt gebruikt om in films regen te fingeren.
In een andere ruimte horen we steeds monotoon een basgitaar: het blijkt Kim Gordon (Sonic Youth) te zijn die in het One World Trade Centre in een kamer op haar basgitaar speelt. De opname van het gebouw en de muziek geven effectief de hopeloze eenzaamheid van het individu in een technocratische samenleving weer.
Dan de nieuwste video-installatie die in première gaat in deze tentoonstelling: het zijn opnames van de muur aan de grens tussen Mexico en California die bestaat uit verticale metalen buizen, een rigide constrictie tegen illegale immigratie. Als op gegeven moment de oorzaak van het erbij spelende geluid in beeld komt lijkt deze constructie ook een andere functie te kunnen vervullen, als muziekinstrument: Kim Gordon verschijnt in tutu en slaat met een stok tegen de buizen waardoor een vorm van muziek te horen is. Aan de andere kant heeft ook deze actie iets hopeloos door de enorme constructie waarop geen greep te krijgen is en het dramatisch effect van de tutu waarin Gordon gekleed gaat.
De laatste video levert een vergelijkbaar beeld op: een meisje heeft steentjes in haar zak die ze te voorschijn pakt en dan tegen glas en metaal aan tikt. Ook dit geeft weer een ritmisch geluid en ook hier is de constructie waartegen het meisje tikt gigantisch: ook dit is het One World Trade Centre, wat zelfs enige kleine beschadigingen oploopt door het tikken. Het is een dubbel beeld, aan de ene kant oogt het speels en aan de andere kant kan het heel politiek opgevat worden.
Deze vier video’s laten je ook heen en weer zwerven tussen de verschillende ruimtes zoals de constructie buiten die in muren, projectievlakken en doorgangen wordt gecontinueerd. Dat en het verschijnsel dat overal die geluiden met ritmische elementen te horen zijn geeft een groot gevoel van eenheid.
Over de video’s valt individueel nog veel te zeggen, maar ik laat het hier bij de opmerking dat West een prachtig project heeft gerealiseerd door een kunstenaar met groot statuur te presenteren die zijn naam volledig waar maakt.
Die structuur wordt doorgetrokken naar en in het Huis Huguetan waarin een aantal werken van Just te zien en te horen zijn. De kunstenaar is bekend geworden met video’s waarin hij gender-stereotypen doorbreekt, eerst die van mannen en recent die van vrouwen. Als we het gebouw betreden, langs een betonnen muur die bij de installatie hoort, klinkt allerlei geluid. Dat is het leidend principe volgens welke de video’s zijn uitgekozen.
De eerste video is Llano (vlakte) waarin constant regen lijkt te vallen. Toch klopt het niet, want af en toe zien we beelden van een soort woestijnvegetatie. Centraal staan de resten van een gebouw, waarin een vrouw zeiknat rondloopt en de afbrokkelende stenen terug plaatst. Een Sisyphus-arbeid, alles valt gewoon weer terug. Later blijkt de regen kunstmatig en locaal: het is een apparaat wat wordt gebruikt om in films regen te fingeren.
In een andere ruimte horen we steeds monotoon een basgitaar: het blijkt Kim Gordon (Sonic Youth) te zijn die in het One World Trade Centre in een kamer op haar basgitaar speelt. De opname van het gebouw en de muziek geven effectief de hopeloze eenzaamheid van het individu in een technocratische samenleving weer.
Dan de nieuwste video-installatie die in première gaat in deze tentoonstelling: het zijn opnames van de muur aan de grens tussen Mexico en California die bestaat uit verticale metalen buizen, een rigide constrictie tegen illegale immigratie. Als op gegeven moment de oorzaak van het erbij spelende geluid in beeld komt lijkt deze constructie ook een andere functie te kunnen vervullen, als muziekinstrument: Kim Gordon verschijnt in tutu en slaat met een stok tegen de buizen waardoor een vorm van muziek te horen is. Aan de andere kant heeft ook deze actie iets hopeloos door de enorme constructie waarop geen greep te krijgen is en het dramatisch effect van de tutu waarin Gordon gekleed gaat.
De laatste video levert een vergelijkbaar beeld op: een meisje heeft steentjes in haar zak die ze te voorschijn pakt en dan tegen glas en metaal aan tikt. Ook dit geeft weer een ritmisch geluid en ook hier is de constructie waartegen het meisje tikt gigantisch: ook dit is het One World Trade Centre, wat zelfs enige kleine beschadigingen oploopt door het tikken. Het is een dubbel beeld, aan de ene kant oogt het speels en aan de andere kant kan het heel politiek opgevat worden.
Deze vier video’s laten je ook heen en weer zwerven tussen de verschillende ruimtes zoals de constructie buiten die in muren, projectievlakken en doorgangen wordt gecontinueerd. Dat en het verschijnsel dat overal die geluiden met ritmische elementen te horen zijn geeft een groot gevoel van eenheid.
Over de video’s valt individueel nog veel te zeggen, maar ik laat het hier bij de opmerking dat West een prachtig project heeft gerealiseerd door een kunstenaar met groot statuur te presenteren die zijn naam volledig waar maakt.
West Arcade #1: Jesper Just
Fantoompijn is een complex en wonderlijk fenomeen. Mensen die door een ongeval of amputatie een ledemaat zijn kwijtgeraakt, ervaren pijn in de leegte waar de ledemaat zat. De hersenen hollen als het ware achter de realiteit aan en het gemis wordt een fysieke gewaarwording. Dit schemergebied tussen idee en realisatie, bezit en gemis, gedachte en fysiek, daarin begeeft zich ook het werk van Jesper Just.
Het is een bizar gezicht: vanuit het karakteristieke schelpenpad op het Lange Voorhout doemt een grote constellatie op van betoncellen muren, half-open en half-gesloten structuren. Sommige wandelaars stoppen verbaasd en lopen er omheen, anderen schuifelen voorzichtig door de nieuw gestorte schelpen of stappen er stoïcijns door.
Just dwingt elke omstander zich tot de installatie te verhouden en laat zien dat structuren, en het doorbreken ervan, de protagonisten zijn in het grote verhaal waar Just je langzaam maar vastberaden in lokt.
Zijn verhaal begon met video’s waarin de stereotiepe man – stoer, sterk en wars van emoties – onderuit werd gehaald (2002-2007). Vanaf 2008 maakt Just films met vrouwen in de hoofdrol en doorbreekt hij de conventionele huisje-boompje-beestje fantasieën. En sinds 2015 figureren gebouwen en structuren als (hoofd)personages in zijn filminstallaties die, evenals de personages, steeds grotere vormen aannemen.
De structuren buiten vormen ook een kruimelspoor naar binnen. En Just is niet van de subtiele gebaren; in de ontvangsthal sta je direct oog in oog met een betonnen muur van minimaal 2 meter hoog die je een kant op dwingt. Met de schelpkleurige gordijnen schermt Just de mooiste delen van Huis Haguetan af, de ruimtes zijn allen verduisterd en grote kroonluchters uit vervlogen tijden worden zelfs ingezet om alle zintuigen op 21e eeuwse wijze te prikkelen. De grote, celbetonnen structuren doen mij wankelen, zij maken mij onzeker, net zoals de schelpen heuvels buiten doen.
Just verleidt je op macroniveau met zijn vloeiende films en gelaagde esthetiek, maar manipuleert je op microniveau. Dat voel je instinctief wel aan, maar toch wil je je blijven voeden met de kruimels die hij zo zorgvuldig neerlegt.
In de eerste ruimte wordt Llano (2012) getoond. De film toont de restanten van de socialistische commune Llano del Rio (gesticht in 1914 en beëindigd in 1918), een woestenij ten noordoosten van Los Angeles, die bezwijken onder de kletterende regen. In een ander shot stapelt een vrouw stenen één voor één op, alsof ze de commune, tegen de elementen in, weer wil opbouwen. Geluiden (een aanzwellende basgitaar en getik) uit andere ruimtes vergroten de ‘suspense’.
Wordt Llano nu definitief afgebroken of voorzichtig weer opgebouwd?
Een soortgelijke vraag kun je stellen in de film Servitudes (2015) waarin een meisje het One World Trade Center in New York met een steentje bewerkt. Tik..tik…tik… niet alleen wil zij – een klein, roodharig meisje met een afwijking in haar handen – zich verhouden tot dat gigantische stalen gebouw, maar zij daagt het ook uit door zacht maar constant met een steentje tegen het staal te tikken.
Jesper Just omschrijft het One World Trade Center als een ‘prothese’, een kunstmatige vervanging die herinnert aan de oorspronkelijke Twin Towers en hun afwezigheid fysiek maakt. Ik besef dat het meisje wellicht het gebouw niet uitdaagt, maar voorzichtig aftast en omarmt. Wat overblijft is een schitterend gebrek, een monument voor een stad met fantoompijn.
Locaties en gebouwen vormen het beginpunt voor een werk van Jesper Just. De tentoonstelling is tot stand gekomen nadat de curator Nina Folkerstma en artistiek directeur Marie-Jose Sondeycker in maart 2017 een bezoek brachten aan een live balletuitvoering van de balletgroep Corpus van het Royal Danish Theatre met videobeelden uit Justs Interpassivities (2017).
Daarin spelen Kim Gordon, de voormalige bassiste van Sonic Youth, en een immense, stalen afzetting de hoofdrol. Gekleed in een tutu en gewapend met een stok verhoudt, net zoals het meisje in Servitudes, Gordon zich tot de indrukwekkende, stalen scheidslijn van Californië en Mexico.
Het ijzeren gordijn vormt niet alleen de danspartner van Kim Gordon, maar ook de droom van Donald Trump en de nachtmerrie van de politiek bewogen en in New York wonende Just.
In de films ben je getuige van een continu spel waarin twee hoofdpersonen met elkaar strijden. Het gehandicapte meisje en het prothese gebouw in New York, de bassiste en de stalen ‘snaren’ van het ijzeren gordijn in Californië, het is uiteindelijk een dans van gelijken maar verpakt in een ogenschijnlijk, simpele strijd van David en Goliath.
Door het laten samensmelten van architectonische ingrepen, bewegend beeld en geluid creëert Jesper Just een alomvattende audiovisuele ervaring, zonder begin of einde, waarin de bezoeker haast fysiek wordt opgenomen.
Het spel van Continuous Monuments houdt niet op, zelfs als de deuren van West om 18:00 sluiten, want dan wordt Interpassivities (2017) op de celbetonnen installatie buiten geprojecteerd. Zo kan de bezoeker continu blijven ronddolen, als schimmige monumenten van een zeer indrukwekkende tentoonstelling.
Deze zomer start West met een nieuwe serie kunst in de openbare ruimte onder de titel ‘Arcade’. Hiermee wordt een vervolg aan de traditionele beeldenroute op de ‘Lange Lindelaan’ gegeven. Als eerste in de Arcade-serie is Jesper Just (Denemarken, 1974) uitgenodigd.
Fantoompijn is een complex en wonderlijk fenomeen. Mensen die door een ongeval of amputatie een ledemaat zijn kwijtgeraakt, ervaren pijn in de leegte waar de ledemaat zat. De hersenen hollen als het ware achter de realiteit aan en het gemis wordt een fysieke gewaarwording. Dit schemergebied tussen idee en realisatie, bezit en gemis, gedachte en fysiek, daarin begeeft zich ook het werk van Jesper Just.
Het is een bizar gezicht: vanuit het karakteristieke schelpenpad op het Lange Voorhout doemt een grote constellatie op van betoncellen muren, half-open en half-gesloten structuren. Sommige wandelaars stoppen verbaasd en lopen er omheen, anderen schuifelen voorzichtig door de nieuw gestorte schelpen of stappen er stoïcijns door.
Just dwingt elke omstander zich tot de installatie te verhouden en laat zien dat structuren, en het doorbreken ervan, de protagonisten zijn in het grote verhaal waar Just je langzaam maar vastberaden in lokt.
Zijn verhaal begon met video’s waarin de stereotiepe man – stoer, sterk en wars van emoties – onderuit werd gehaald (2002-2007). Vanaf 2008 maakt Just films met vrouwen in de hoofdrol en doorbreekt hij de conventionele huisje-boompje-beestje fantasieën. En sinds 2015 figureren gebouwen en structuren als (hoofd)personages in zijn filminstallaties die, evenals de personages, steeds grotere vormen aannemen.
De structuren buiten vormen ook een kruimelspoor naar binnen. En Just is niet van de subtiele gebaren; in de ontvangsthal sta je direct oog in oog met een betonnen muur van minimaal 2 meter hoog die je een kant op dwingt. Met de schelpkleurige gordijnen schermt Just de mooiste delen van Huis Haguetan af, de ruimtes zijn allen verduisterd en grote kroonluchters uit vervlogen tijden worden zelfs ingezet om alle zintuigen op 21e eeuwse wijze te prikkelen. De grote, celbetonnen structuren doen mij wankelen, zij maken mij onzeker, net zoals de schelpen heuvels buiten doen.
Just verleidt je op macroniveau met zijn vloeiende films en gelaagde esthetiek, maar manipuleert je op microniveau. Dat voel je instinctief wel aan, maar toch wil je je blijven voeden met de kruimels die hij zo zorgvuldig neerlegt.
In de eerste ruimte wordt Llano (2012) getoond. De film toont de restanten van de socialistische commune Llano del Rio (gesticht in 1914 en beëindigd in 1918), een woestenij ten noordoosten van Los Angeles, die bezwijken onder de kletterende regen. In een ander shot stapelt een vrouw stenen één voor één op, alsof ze de commune, tegen de elementen in, weer wil opbouwen. Geluiden (een aanzwellende basgitaar en getik) uit andere ruimtes vergroten de ‘suspense’.
Wordt Llano nu definitief afgebroken of voorzichtig weer opgebouwd?
Een soortgelijke vraag kun je stellen in de film Servitudes (2015) waarin een meisje het One World Trade Center in New York met een steentje bewerkt. Tik..tik…tik… niet alleen wil zij – een klein, roodharig meisje met een afwijking in haar handen – zich verhouden tot dat gigantische stalen gebouw, maar zij daagt het ook uit door zacht maar constant met een steentje tegen het staal te tikken.
Jesper Just omschrijft het One World Trade Center als een ‘prothese’, een kunstmatige vervanging die herinnert aan de oorspronkelijke Twin Towers en hun afwezigheid fysiek maakt. Ik besef dat het meisje wellicht het gebouw niet uitdaagt, maar voorzichtig aftast en omarmt. Wat overblijft is een schitterend gebrek, een monument voor een stad met fantoompijn.
Locaties en gebouwen vormen het beginpunt voor een werk van Jesper Just. De tentoonstelling is tot stand gekomen nadat de curator Nina Folkerstma en artistiek directeur Marie-Jose Sondeycker in maart 2017 een bezoek brachten aan een live balletuitvoering van de balletgroep Corpus van het Royal Danish Theatre met videobeelden uit Justs Interpassivities (2017).
Daarin spelen Kim Gordon, de voormalige bassiste van Sonic Youth, en een immense, stalen afzetting de hoofdrol. Gekleed in een tutu en gewapend met een stok verhoudt, net zoals het meisje in Servitudes, Gordon zich tot de indrukwekkende, stalen scheidslijn van Californië en Mexico.
Het ijzeren gordijn vormt niet alleen de danspartner van Kim Gordon, maar ook de droom van Donald Trump en de nachtmerrie van de politiek bewogen en in New York wonende Just.
In de films ben je getuige van een continu spel waarin twee hoofdpersonen met elkaar strijden. Het gehandicapte meisje en het prothese gebouw in New York, de bassiste en de stalen ‘snaren’ van het ijzeren gordijn in Californië, het is uiteindelijk een dans van gelijken maar verpakt in een ogenschijnlijk, simpele strijd van David en Goliath.
Door het laten samensmelten van architectonische ingrepen, bewegend beeld en geluid creëert Jesper Just een alomvattende audiovisuele ervaring, zonder begin of einde, waarin de bezoeker haast fysiek wordt opgenomen.
Het spel van Continuous Monuments houdt niet op, zelfs als de deuren van West om 18:00 sluiten, want dan wordt Interpassivities (2017) op de celbetonnen installatie buiten geprojecteerd. Zo kan de bezoeker continu blijven ronddolen, als schimmige monumenten van een zeer indrukwekkende tentoonstelling.
Deze zomer start West met een nieuwe serie kunst in de openbare ruimte onder de titel ‘Arcade’. Hiermee wordt een vervolg aan de traditionele beeldenroute op de ‘Lange Lindelaan’ gegeven. Als eerste in de Arcade-serie is Jesper Just (Denemarken, 1974) uitgenodigd.
Kunstwerk komt in de avonduren tot leven
De Amerikaans-Deense kunstenaar Jesper Just krijgt gemengde reacties van voorbijgangers nu zijn buiteninstallatie op het Lange Voorhout bijna klaar is. Een paar gipsen bouwmuren en wat bergen gemalen schelpen zijn de blikvanger van de kunstmanifestatie Continuous Monuments die vanavond opengaat.
Wie een wandeling maakt over het schelpenpad van de allee kan niet om zijn creatie heen. Het onbewerkte yton, zoals het ecologische bouwmateriaal heet, contrasteert behoorlijk met de historische omgeving. En toch heeft deze wereldberoemde kunstenaar - zijn films en installaties waren eerder onder meer te zien op de Biënnale van Venetië en op Times Square in New York - zijn materiaal nauwkeurig afgestemd op de plek van zijn tentoonstelling. ,,De schelpen zijn nog nat van de oceaan, maar als ze hier een tijdje liggen worden ze wit en krijgen ze hun gloed’’, zegt hij. ,Als de manifestatie is afgelopen worden de schelpen uitgestrooid over de paden. Dit werk is speciaal voor deze omgeving gemaakt.’
Het murencomplex maakt deel uit van een tentoonstelling rond Jesper Just, georganiseerd door kunstinstelling West in Huis Huguetan, het stadspaleis waar tot 2016 de Hoge Raad was gevestigd. Binnen is een experimentele installatie te zien met een selectie van Justs films van de laatste tien jaar. Wanneer deze tentoonstelling om 18.00 uur de deuren sluit, komt het kunstwerk buiten tot leven. Vanaf dan verandert de installatie in een openluchtbioscoop waar continu een film van hem wordt vertoond.
De Amerikaans-Deense kunstenaar Jesper Just krijgt gemengde reacties van voorbijgangers nu zijn buiteninstallatie op het Lange Voorhout bijna klaar is. Een paar gipsen bouwmuren en wat bergen gemalen schelpen zijn de blikvanger van de kunstmanifestatie Continuous Monuments die vanavond opengaat.
Wie een wandeling maakt over het schelpenpad van de allee kan niet om zijn creatie heen. Het onbewerkte yton, zoals het ecologische bouwmateriaal heet, contrasteert behoorlijk met de historische omgeving. En toch heeft deze wereldberoemde kunstenaar - zijn films en installaties waren eerder onder meer te zien op de Biënnale van Venetië en op Times Square in New York - zijn materiaal nauwkeurig afgestemd op de plek van zijn tentoonstelling. ,,De schelpen zijn nog nat van de oceaan, maar als ze hier een tijdje liggen worden ze wit en krijgen ze hun gloed’’, zegt hij. ,Als de manifestatie is afgelopen worden de schelpen uitgestrooid over de paden. Dit werk is speciaal voor deze omgeving gemaakt.’
Het murencomplex maakt deel uit van een tentoonstelling rond Jesper Just, georganiseerd door kunstinstelling West in Huis Huguetan, het stadspaleis waar tot 2016 de Hoge Raad was gevestigd. Binnen is een experimentele installatie te zien met een selectie van Justs films van de laatste tien jaar. Wanneer deze tentoonstelling om 18.00 uur de deuren sluit, komt het kunstwerk buiten tot leven. Vanaf dan verandert de installatie in een openluchtbioscoop waar continu een film van hem wordt vertoond.
Jesper Just & Dorit Chrysler zijn kunstenaars. Jesper zal in het Huis Huguetan een gesprek aangaan met de curator Nina Folkersma om zijn laatste werk te bespreken. Spannender is het vervolg. Dorit Chrysler zal achteraf een theremin concert geven. Dit experimentele instrument kan bespeeld worden door middel van beweging. Het geluid is angstaanjagend, maar is ook in enkele popsongs gebruikt dus wellicht heb je er weleens wat van gehoord. Bijkomend voordeel is dat Dorit Chrysler zelfs de oprichter is van de New York Theremin Society. Voor de liefhebber dus.
Toch weer kunstwerk op het Lange Voorhout
De jaarlijkse beeldententoonstelling mag zijn verdwenen, aan het Lange Voorhout komt deze zomer toch nog een kunstwerk in de openbare ruimte. Voor de deur van Stadspaleis Huis Huguetan wordt gebouwd aan de monumentale installatie Arcade #1 van de Deens-Amerikaanse kunstenaar Jesper Just.
Het is een bouwwerk van vrijstaande muren en half open en half gesloten structuren, dat verspreid op het schelpenpad onder de lindenbomen staat. De installatie maakt deel uit van de zomertenstoonstelling van West, een instelling op het gebied van moderne kunst die exposities organisaeert in het stadspaleis Huis Huguetan waar tot begin 2016 de Hoge Raad was gevestigd. Rond de tentoonstelling zijn ook activiteiten zoals een concert in het kunstwerk op zaterdagavond 22 juli.
De jaarlijkse beeldententoonstelling mag zijn verdwenen, aan het Lange Voorhout komt deze zomer toch nog een kunstwerk in de openbare ruimte. Voor de deur van Stadspaleis Huis Huguetan wordt gebouwd aan de monumentale installatie Arcade #1 van de Deens-Amerikaanse kunstenaar Jesper Just.
Het is een bouwwerk van vrijstaande muren en half open en half gesloten structuren, dat verspreid op het schelpenpad onder de lindenbomen staat. De installatie maakt deel uit van de zomertenstoonstelling van West, een instelling op het gebied van moderne kunst die exposities organisaeert in het stadspaleis Huis Huguetan waar tot begin 2016 de Hoge Raad was gevestigd. Rond de tentoonstelling zijn ook activiteiten zoals een concert in het kunstwerk op zaterdagavond 22 juli.